Een werknemer wordt op staande voet ontslagen omdat hij 17 koeken en 36 linialen in zijn tas stopt zonder af te rekenen. De werknemer verklaart dat hij deze producten wilde uitdelen aan de kinderen op de manage waar hij als vrijwilliger actief is. Hij protesteert tegen het ontslag op staande voet en zegt dat hij de linialen later nog wilde betalen en dat hij dacht dat de koeken over de datum waren. De kantonrechter trapt daar niet in. Toch wordt het ontslag op staande voet vernietigd. Hoe zit dat?

Wat speelde hier?

Op 6 september 2024 stopte de werknemer (horecamedewerker) de koeken en linialen in zijn tas. De linialen had hij daarvoor op een opvallende manier ‘verplaatst’: eerst een doos met linialen uit het magazijn halen, die ergens anders neerzetten, later in een gastronormbak leggen en meenemen naar de keuken. Pas daarna verdwenen ze in zijn tas. De rechter noemt dit ‘omtrekkende bewegingen’ en maakt korte metten met het verweer dat hij later nog wilde afrekenen. Ook het excuus dat de koeken mogelijk over de datum waren, overtuigt de rechter niet. Als dat écht zo was, waarom heeft de werknemer dat dan niet meteen gezegd toen hij werd geconfronteerd met zijn actie?

Ontslag op staande voet: een te zwaar middel

Werkgever geeft aan een zerotolerancebeleid bij diefstal te hanteren, maar dat blijkt nergens uit. De rechter is hier dan ook niet van overtuigd. Diefstal is weliswaar een dringende reden voor ontslag op staande voet, maar was hier niet gerechtvaardigd aldus de rechter. Waarom?

Eenmalige misstap: De werknemer had een lange en onberispelijke staat van dienst van ruim 37,5 jaar.

Geringe waarde: De spullen hadden een inkoopwaarde van slechts €37.

Ingrijpende gevolgen: De werknemer is 63 jaar, heeft hartklachten en zal door zijn leeftijd, beperkte werkervaring en gezondheid moeilijk een nieuwe baan vinden.

De gevolgen van het ontslag op staande voet waren te zwaar. Daarom vernietigde de kantonrechter het ontslag.

Wel ontbinding op de e-grond
Hoewel ontslag op staande voet te ver ging, betekent dat niet dat de werknemer kon blijven. De kantonrechter ontbond de arbeidsovereenkomst alsnog op de e-grond (verwijtbaar handelen). Werkgever had geen vertrouwen meer in de werknemer, en dat is begrijpelijk. De werknemer had de spullen niet mogen meenemen en heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal. Maar omdat hij niet ‘ernstig verwijtbaar’ handelde, had hij wél recht op een transitievergoeding.

Wat betekent dit voor werkgever?

Een zerotolerancebeleid tegen diefstal werkt alleen als het consequent wordt toegepast. In deze zaak was dat onvoldoende aangetoond. Bovendien moet een werkgever ook rekening houden met de persoonlijke omstandigheden.